Lieve lezers,
Hier het eerste deel van mijn reisverhalen over India, het land dat zo anders is dan andere landen, vol tegenstrijdigheden maar vooral fantastisch en verrijkend. Wil je meer lezen over Delhi en de prachtige Taj Mahal, dan ben je hier op de goeie plek. Geniet ervan!
Namasté
Daar zijn we dan: na 7,5 uur in het vliegtuig zijn we zojuist geland op Delhi Airport. We maken kennis met onze groepsgenoten (de ‘Holland Group’), gids Wieb en de buschauffeur, een echte Sikh met tulband en baard. Uitgeput van onze vlucht wil ik zo snel mogelijk op mijn hotelbed ploffen. Als ik het kaartje in de deur steek, slaak ik een kreet als er gelijk een spin op me af komt rennen. Namasté, je bent in India.
Ons tweede thuis
Na de eerste paar dagen kan ik zeggen dat de bus ons tweede thuis geworden is. En godzijdank een huis met airconditioning. Oké, de Sikh zet dan wel de airco steeds uit om brandstof te besparen, maar hé: er is airco. Wieb heeft uitgelegd dat de meeste chauffeurs in India Sikh zijn, omdat ze beschouwd worden als verantwoordelijke mensen.
Dat ‘verantwoordelijke’, daar wil ik achteraf toch nog even op terugkomen: we hebben niet zelden doodsangsten in die bus uitgestaan, omdat de chauffeur overal inhaalde waar het naar onze Nederlandse maatstaven eigenlijk niet kon.
Rijden in India bestaat uit zo veel mogelijk toeteren en zo hard mogelijk rijden op een zo slecht mogelijke weg. Het resultaat: heel veel net-niet-aanrijdingen.
De eerste keer dat ik er een druk kruispunt moest oversteken, durfde ik haast niet te gaan lopen. Maar wees gerust: na een week loop je over het drukste kruispunt van Varanasi alsof je nooit anders gedaan hebt, omdat je weet dat iedereen er alles aan doet om jou te ontwijken. Wonderbaarlijk lijkt dit ook bijna altijd goed te gaan. Behalve dan de bus die we vanuit onze rit in het ravijn zagen liggen. Maar daar zal ik niet over uitweiden, anders wil niemand meer naar India .
Oud en Nieuw Delhi
We worden bij alle bezienswaardigheden van Delhi gedropt. Het gekke is dat ik er voor deze reis nooit bij stil heb gestaan dat New Delhi erop duidt dat er ook een Old Delhi is, de oude stad. Per riksja worden we door de buurten en markten van Old Delhi gefietst. Ook de typerende ‘slangenbezweerders’ ontbreken niet in het straatbeeld. Verder bezoeken we het huis waar Gandhi zijn laatste dagen doorbracht en een handjevol tempels, waaronder de bekende Sikh tempel Bangla Sahib, waar je in de keuken mee mag kijken hoe er eten wordt bereid voor alle buurtbewoners. Dat zijn er nogal wat, dus er zijn enorme ketels voor nodig. Tempels bezoek je in India altijd blootsvoets en bij voorkeur met hoofddoekje.
Het programma is behoorlijk vol. Soms zo vol, dat we bij sommige bezienswaardigheden alleen even de bus uit gaan voor een korte fotostop. Ach, met die bedrukkende warmte is dat ook weer zo’n probleem niet. Waar het voor de bus lastig komen is, staan de tuktuk- en riksjarijders ons al enthousiast op te wachten (‘Miss, where you go? I bring you!’).
Een harem van 30 man
Van Delhi zijn we naar Jaipur gereisd en onderweg trokken de vele mannen in oranje kleding en bepakking onze aandacht. Wieb legt uit dat deze mannen bezig zijn met een bedevaartstocht. Eén van onze busstops bij een tempelcomplex, blijkt ook een gewilde tussenstop voor deze bedevaartgangers. Ik ben de bus nog niet uit, of ik word omsingeld door een horde van Indiase mannen. Ze willen allemaal met me op de foto en vanaf een afstandje zie ik mijn vader op zijn beurt dit spektakel weer fotograferen. Nog bijkomend van mijn ‘fans’ hoor ik Wieb roepen dat de tijd erop zit. We moeten weer de bus in.
‘Maar ik heb de tempels nog niet gezien,’ breng ik uit. Wieb grijnst naar me. ‘Als jij hier zou wonen, zou je er zo een harem van 30 mannen op na kunnen houden.’
De naam van dit tempelcomplex moet ik je verschuldigd blijven.
De Taj Mahal
Stiekem de belangrijkste reden dat ik naar India wilde: de Taj Mahal met eigen ogen zien. Na een uitgebreide securitycheck en aardig wat roepies lichter (locals hebben een gereduceerd tarief) mogen we doorlopen en daar is hij dan, de Taj Mahal. Het mausoleum is zo mooi, dat je er naar moet blijven kijken. In mijn voorstelling was de Taj wit, maar nu zie ik dat dat eigenlijk maar voor een deel waar is. Het plateau en alle bouwwerken eromheen zijn rood. Als je goed kijkt, zie je dat de vier grote pilaren om de Taj in een lichte hoek naar buiten staan. En met een reden: mocht het ooit tot een aardbeving komen, vallen de pilaren naar buiten en niet op het gebouw zelf. Je mag het mausoleum zelf niet betreden en ook vooral geen foto’s maken, al trekt geen enkele Indiër zich daar iets van aan.
Na een korte blik door de deur, strijk ik op een bankje verderop neer. Gelijk word ik door de ene na de andere Indiër benaderd met de vraag of ze een foto met me mogen maken (of ze doen dit stiekem vanaf een afstandje). Ik voel me in dit land op en top celebrity.
Ik vraag later aan Wieb waarom iedereen hier steeds met ons op de foto wil. Zijn antwoord is dat Indiërs vanuit alle hoeken van het land hierheen komen. In sommige regio’s hebben de mensen nog nooit blond haar gezien, alleen van tv. Daarnaast geeft het hen blijkbaar aanzien als ze met een ‘rijke blanke’ op de foto gaan. Hiermee kunnen ze opscheppen bij vrienden en familie dat ze Hollandse vrienden hebben.
Money, please
De korte nachten en lange dagen in de bus beginnen ons een beetje op te breken. Ook zijn de eerste zieken gevallen, wat in India niet ongebruikelijk is. Misselijk zijn, buikloop, veel mensen krijgen er in meer of mindere mate wel last van in India. Wij zijn het eten noch de matige hygiëne in dit land niet gewend. En met een strak busschema is dat toch wel lastig.
Vandaag rijden we naar Khajuraho en houden we even ons hart vast als we bijna een koe aanrijden met de bus. In de ochtend bezoeken we de zogenoemde Erotische Tempels, die bekend staan om hun ongecensureerde kamasutra op de wanden. Die vergeet je niet snel meer.
De middag is vrij om zelf in te vullen en we nemen de tuktuk naar het centrum. Een lokale jongen biedt ons, tegen een kleine vergoeding, aan om de Old Town te laten zien. Voor we hem volgen willen we de tuktukchauffeurs even betalen, maar daar willen ze niets van weten. ‘Later, when you come back!’ zeggen ze. Dat hebben ze goed bekeken, zo zijn ze verzekerd van een volgende rit. Ze lijken elkaar ook allemaal te kennen, de chauffeurs, de ‘spontane’ gidsen en de winkeleigenaren met zaakjes waar we subtiel naar binnen geloodst worden.
Zin in meer verhalen over India? Inspiratie en tips nodig voor je eigen Indiareis? Lees dan zeker het tweede deel van mijn blog ‘India | Love it or hate it’.
Benieuwd naar andere verhalen over India? Lees dan zeker deze blogs! Wil je graag zelf leuke reistips of ervaringen delen? Dat kan in een gastblog voor Ik Wil Reizen.nl of via contact.
Hoi! Ik ben Rosalie, 29 jaar en woon in Brabant. Ik heb Sociale Geografie & Planologie gestudeerd, omdat ik geïnteresseerd ben in landen (of regio’s) en culturen, het ‘waar?’ en ‘waarom daar?’. Tijdens mijn studie heb ik meerdere mooie (studie-)reizen gemaakt in Europa. Daarnaast kom ik uit een reislustig gezin, waardoor ik ook al verdere reizen heb mogen maken, van Amerika tot Azië. Die mooie oude en nieuwe belevenissen wil ik graag delen en hopelijk kan ik je ermee inspireren! Leuk weetje: ik spaar sleutelhangers van alle landen waar ik kom – ondertussen zo’n 35!