Dakar. Klinkt al tof, toch? Is het ook. Ik zou zelfs wel durven te beweren dat het één van de tofste steden in Afrika is. Er is reuring, er is chillheid, er is écht Senegal en er is ook een omhooggevallen expat-bubbel. Je ruikt er de geur van rubber op asfalt, maar ook de zilte geur van de oceaanwind. Dakar. Als je kunt, ga dan.
In Dakar kan je vrij gemakkelijk Afrika nog even ontlopen. Net als Kaapstad, is dit nog ‘Africa Light’. Er zijn barretjes waar je geserveerd wordt zoals je dat gewend bent. Er zijn restaurants waar je alles krijgt wat je in Amsterdam ook kunt krijgen. Maar je kunt je ook al volle bak onderdompelen door eens te zien wat je bij elkaar kunt verzamelen op de chaotische markt van Dakar voor € 10. Of je wisselt het af. Je bezoekt het groteske standbeeld van ‘Africa’s Renaissance’ en daarna ga je de wijk in om een Café Touba te scoren voor een paar cent. Je gaat naar het toeristische eiland Gorée (nee, meneer, ik hoef geen gids voor € 250, dank u vriendelijk, vraag die Amerikaan maar) om daarna de benenwagen te pakken naar een centraal plein.
Moskee-tour
Op een morgen kreeg ik het op mijn heupen en bedacht: ik ga vandaag de drie grootste moskeeën van Dakar bekijken. Als we onze ogen sluiten en we kijken wat we zien als we het woord ‘moslim’ uitspreken, dan zien we vaak geen zwarte Afrikaan. Toch is de islam al eeuwen een evident onderdeel van de cultuur van Senegal. De Fransen konden hun Christus maar nauwelijks kwijt bij de lokale bevolking. Om een Senegalees te begrijpen, moet je ook iets weten over de islam. Sterker nog: hún islam. Want met wat animalistische vibes en meer recente halve-heiligen (die Maribu’s worden genoemd), krijgt het een hele unieke slag van de molen.
Waar kun je de religie beter ontdekken dan in het huis van God?
Mijn favoriete (en ook jouw favo, let maar op) is de ‘Mosquée de la Divinité’. Ze prijkt trots aan de kust. Haar minaretten kijken uit over de eindeloze oceaan. Als je niet-moslim bent: pindakaas, je mag er niet in. Het exterieur is evengoed ook de moeite waard. Je kunt er komen vanaf de hoofdweg (die duikt naar beneden), maar je kunt er ook heen met de boot(!). Een goede nummer twee is ‘Mosquée Massalikoul Djinâne’. Volgens omstanders de grootste moskee van West-Afrika. Prachtig opgezet, maar voor ons natuurlijk wel wat te kitscherig. Hier kwam ik een poeslieve Marokkaanse man tegen die ook wat woordjes Nederlands kon. Hij gaf aan zeer trots te zijn op deze ‘plaats van aanbidding’, die normaal gesproken altijd open was (maar corona…). De top drie wordt afgesloten met ‘Grande Mosquée de Dakar’. De schone pleinen eromheen en de duidelijke keuzes in architectuur doen bijna on-Afrikaans aan. Je waant je even in Marokko (tot je de naburige markt op stapt).
Ngor
Na lang twijfelen en intern beraad heb ik toch maar besloten dit geheimpje onmogelijk voor mezelf te kunnen houden. Daarom: neem in godesnaam een veerbootje naar het ludieke en prachtige eilandje Ngor. Het ligt vlak voor de kust (je kunt er ook heen zwemmen) en het is hilarisch en fascinerend tegelijk. Aan de kust aan de Dakar-kant heb je hele snoezige tentjes waar je allerlei vette happen kunt krijgen (maar mensen, bedenk: ooit moet je weer poepen). In het midden heb je superveel kunst. Op muren, op daken, in tuinen en – uiteraard – te koop. De huisjes verraden Portugese, Franse en lokale invloeden. Aan de oceaan-kant zijn schitterende uitkijkpunten.
Luister eens alleen naar de zee en voel de wind op je huid. Noem het desnoods mediteren.
Surfen
Surfen is tegenwoordig een dingetje. Ben je tussen de twintig en dertig, dan kun je eigenlijk wel inpakken en wegwezen als je dat niet – in elk geval – geprobeerd hebt. Eindeloos respect dus, voor mensen die zeggen: mwa. Toch wil ik je aanmoedigen: koop een fel-groene zwembroek, of een huidkleurig badpak en neem een groen-gele taxi naar ‘Yoff BCEAO’. Je krijgt een paar minuten uitleg en mag het daarna gaan voelen op het woelige water aan de noordkust van Dakar. Een van de beste plekken om te leren surfen en niet duur. Ik geef je één tip: geniet van de momenten dat je eraf dondert.
Blijf lachen, wat er ook gebeurt. Zoals dat voor heel je trip naar Senegal geldt.
Deze blog moet je binnenkort zeker ook lezen: ‘Senegal is van alle markten thuis’ – gastblog door Jos.
Lees nog meer reisverhalen over Afrika of schrijf je eigen verhaal voor onze lezers in een gastblog.
Jos Hummelen is geograaf van origine en werkt o.a. voor Eastpackers, een reisorganisatie die het begrip voor landen in Oost-Europa, de Balkan en de Kaukasus wil vergroten. Dat doen ze door uitwisselingen, vrijwilligersprojecten en natuurlijk mooie groepsreizen. Verder heeft Jos een voorliefde voor Afrika, waar hij veel is geweest en ook heeft gewerkt. Ook in Nederland zet hij zich in. Zo is hij bijvoorbeeld betrokken bij de stichting Albinisme in Afrika.